Stuk minder

Tegen de grootmeester schaken is echt niet leuk. Voor je het weet sta je al in de verdrukking en kun je geen enkele goede oplossing meer verzinnen. Het probleem zit vooral in de opening.

Ook bij de gemiddelde schaakclubs heb je al een aantal goede spelers, die verschillende openingen kennen en dan ook altijd de goede zetten weten. Binnen de kortste tijd sta je dan op verlies. Het beste is dat de meester bij aanvang al een stuk cadeau geeft om je nog een schijn van kans te geven.

Mister Cook, vorige rubriek, gaf voor aanvang een paard weg. In een wedstrijd tussen Ward en Brown (1874) begon Ward zonder paard b1.

1. e4; e5
2. f4; exf4
3. Pf3; f5
4. Lc4; fxe4
5. 0-0; exf3
6. Df3; Lc5+
7. d4; Lxd4
8. Kh1; d6
9. Lxf4; Pf6
10. Tae1+; Kf8
11. Dd5; Dd7
12. Dxd4; Pc6
13. Dxf6; gxf6
14. Lh6+; Dg7
15. Tf6#

Kan het nog erger? Ja.
Schaker Bernstein begon in Parijs (1931) zonder toren a1.

1. e4; e5
2. Pf3; Pf6
3. Pxe5; Pxe4
4. De2; De7
5. Dxe4; d6
6. d4; f6
7. f4; Pd7
8. Lc4; fxe5
9. fxe5; dxe5
10. 0-0; exd4
11. Lf7+; Kd8
12. Lg5; Pf6
13. Txf6; Dxe4
14. Td6#